De verwachtingen rond poolwagens en bedrijfswagens in het algemeen veranderen razendsnel. Waar medewerkers vroeger vooral aandacht hadden voor het merk, de opties of de kleur, stellen ze vandaag één eenvoudige vraag: is de wagen elektrisch? Bedrijven die nog poolwagens met een verbrandingsmotor in de vloot hebben, zullen hun strategie moeten aanpassen om aan deze nieuwe standaard te voldoen en toekomstige kosten en ontevredenheid te vermijden.
Elektrisch is de norm
Voor veel medewerkers is een elektrische wagen vanzelfsprekend geworden. Ze verwachten dat hun werkgever vooruitstrevend is en hen een aantrekkelijke elektrische wagen aanbiedt met een gunstig voordeel alle aard. Extra betalen voor een tijdelijke wagen met verbrandingsmotor? Dat zien ze niet zitten.
Slim omgaan met bestaande poolwagens
Heb je nog poolwagens met een klassieke verbrandingsmotor? Dan kan je deze inzetten voor medewerkers die voorlopig nog liever niet elektrisch rijden. Dat kan zowel voor nieuwe medewerkers als voor huidige medewerkers wiens wagen aan vervanging toe is. Zo gebruik je de bestaande poolwagens optimaal.
Let op: uitstel kost geld
Nieuwe wagens met verbrandingsmotor die vandaag nog besteld worden, blijven vaak vier à vijf jaar in je wagenpark. Tegen de tijd dat ze als poolwagen vrijkomen, zijn ze moeilijk nog toe te wijzen zonder ontevredenheid te veroorzaken.
Snelle actie is nodig
De markt én medewerkers verwachten vooruitgang. Bedrijven die nu versneld overstappen naar een volledig elektrische vloot, behouden niet alleen de controle over hun kosten, maar versterken ook hun werkgeversmerk.
De bedrijfswagen moet een troef blijven, geen bron van frustratie.
Benieuwd hoe je jouw poolwagens strategisch kan inzetten en sneller kan overstappen naar een elektrisch wagenpark?
Neem contact met ons op – we denken graag met je mee.